Alvino Sedoc en Jesper Buursink zijn onderdeel van de initiatiefgroep die namens de toekomstige bewoners meedenkt over de beheercoöperatie aan het Vreeswijkpad. Ze meldden zich allebei vanuit een andere subgroep aan en zitten nu midden in het proces van ontwerp en organisatie. Wat vraagt het om hieraan mee te doen en wat motiveert hen om ervoor te gaan? “Op papier kan het de magische oplossing zijn voor de buurt. Maar het is echt een experiment, het kan ook nog mislukken.”
Als mensen jou vragen wat een beheercoöperatie is, wat zeg je dan?
Alvino: “Een beheercoöperatie is een groep mensen die verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen van de gemeenschap waar ze wonen, met op de achtergrond de woningcorporatie. Als bewoners zijn we samen verantwoordelijk voor het aantrekken van nieuwe bewoners, voor de huur en het onderhoud. Je hebt eigenlijk een pand met woningen samen in beheer.”
Jesper: “Ik zie de beheercoöperatie als een minidorp waarin je elkaar ziet, hoort en voelt. Waar je laagdrempelig even wat voor elkaar doet vanuit je eigen kracht, niet omdat het moet. Voor elkaar zorgen, een beetje op elkaar letten, dat zijn waarden die ik ook veel zie in de Bijlmer. Ik hoop dat het pand ook een plek wordt waar je samen kunt werken en leven. Maar waar je je soms ook kunt verstoppen en je de vrijheid hebt om even niet mee te doen.”

Hoe zien jullie je eigen rol in de beheercoöperatie aan het Vreeswijkpad?
Jesper: “We verkennen hoe je samen iets doet en hoe dat bijdraagt aan de manier waarop je samenleeft.” Alvino: “We kijken daarbij naar andere beheercoöperaties en bedenken wat we daarvan willen overnemen en wat niet. Als bestuur zijn we daar grotendeels verantwoordelijk voor.” Jesper: “We hebben ons als verschillende groepen aangemeld: ouderen, creatievelingen, alleengaande vaders. Nu groeit dat steeds meer naar elkaar toe. Ik hoor bij de kunstenaars maar ben ook een alleenstaande vader. Creativiteit is wel een element dat bij iedereen voorkomt.” Alvino: “Ik wil me inzetten voor de groep die ik vertegenwoordig: alleengaande vaders. Die groep is sterk vertegenwoordigd in Amsterdam Zuidoost, maar trekt niet zo gemakkelijk aan de bel. Sinds ik de groep vertegenwoordig heb ik dat geleerd te doen.”
Wat vraagt het van je om hierbij betrokken te zijn en wat levert het je op?
Alvino: “Als bestuur komt er heel veel op onze schouders. We zijn verantwoordelijk voor de mensen die zich aansluiten bij het project. We zitten in verschillende werkgroepen en zijn vanaf begin betrokken.” Jesper: “We weten niet of we er uiteindelijk zelf kunnen wonen, dus we doen het ook voor de Bijlmer en voor de mensen die we vertegenwoordigen. Het is een lang, slepend proces, maar we hebben een heel leuk basisgroepje waaruit iets moois ontstaat. Af en toe grijpt het me aan: waar zijn we aan begonnen? Maar als je de groep dan weer ziet of er komen nieuwe mensen bij, dan krijg je weer energie.”

Alvino: “Ik heb mensen leren kennen met wie ik anders misschien niet in contact was gekomen. Dat vind ik heel waardevol. En ik ontdek bepaalde dingen bij mezelf die ik blijk te kunnen. Snel schakelen, terugschakelen, doorschakelen. Kijken hoe je iedereen erbij houdt.” Jesper: “Je leert er veel van. Hoe zo’n collectief gebeuren werkt, dat het niet 1-2-3 staat en dat ieder zijn eigen kwaliteit heeft.”
Wat is de keerzijde?
Jesper: “Het vraagt om een lange adem en veel tijd, flexibiliteit, geduld en verdraagzaamheid. De groepen schuiven, dat maakt het proces heel moeilijk. Ik heb er veel lol aan omdat ik de mensen leuk vind, maar je hebt een grote groep nodig die er nog niet is. Dat betekent dat er veel aankomt op een kleine basis. Eigenlijk had je al twee jaar geleden zo’n basisgroep moeten vormen, zodat je daarna met 40 man het ontwerpproces in kunt gaan.” Alvino: “Het proces kost ons ook heel veel onbetaalde tijd. We zijn allebei zelfstandigen dus als we niet werken, dan eten we niet. Ik maak voor dit proces heel veel tijd vrij, we leveren veel arbeid. Terwijl Rochdale degene is die zomaar de stekker eruit kan trekken.”
Jesper: “Het wantrouwen naar Rochdale zit bij sommigen heel diep. Dat klinkt negatief maar is wel een realiteit die meespeelt. Het zit niet op persoonlijk niveau. Maar weet de grotere organisatie wel wie wij zijn en hoeveel tijd en moeite erin wordt gestoken? Het zijn de grotere systemen waar de argwaan zit, met dingen die in het verleden zijn gebeurd. Dat geldt ook voor de gemeente.”

Hoe worden jullie betrokken in het ontwerptraject?
Alvino: “De architecten luisteren heel goed. Sommige ideeën kunnen of mogen niet gerealiseerd worden. Dat vinden wij en zij jammer, maar dan komen ze meteen met alternatieven waar we mee verder kunnen.” Jesper: “Je moet niet met een random architectenbureau aan zo’n proces beginnen, maar echt iemand hebben die uit de beheercoöperatie-achtige wereld komt. Als ik nog een keer zoiets zou doen zou ik daarom ook weer bij Open Kaart uitkomen. Ik zie dat ze echt hun best doen, ook als er weinig mensen zijn of alle wensen niet mogelijk blijken. Iedere keer als er een schets komt denken we: ja, ze hebben ons goed begrepen.”
Jesper: “Er staat nu veel druk op de ketel en we moeten grote keuzes maken met een klein groepje. Dat baart me zorgen. We zullen straks nog een stortvloed van kritiek krijgen: waarom wist ik dit niet? Het moet heel transparant zijn welk tijdspad we doorlopen hebben. Je moet eigenlijk een soort PR-machine draaien om iedereen te informeren die (nog) niet zo betrokken is, maar daar heb je haast geen tijd voor.”
Voor wie is zo’n beheercoöperatie geschikt en voor wie niet?
Alvino: “Je moet wel echt willen participeren, dat is eén van de voorwaarden om daar te kunnen wonen. Door de woningnood zullen straks ook mensen zich aanmelden alleen maar omdat ze ergens willen wonen. Wij moeten daar als selectiecommissie dan heel streng op zijn. En je moet bereid zijn om de handen uit de mouwen te steken. Door wat klusjes te doen in het pand of in de tuin of door af en toe op te passen op andermans kinderen. Iedereen kan wat doen, op welke manier dan ook.”
Jesper: “Als er een lamp stuk is op de gang moet je niet willen wachten op de woningbouw maar hem zelf vervangen of iemand uit het collectief vragen. We kunnen de taken straks met misschien wel 200 mensen verdelen, dus het is maar een paar uur per maand. Maar ik hoop vooral dat er straks echt een Bijlmergemeenschap is – het gevoel van de galerij, de nostalgie van voor elkaar zorgen, alles. Iets wat de Bijlmer is of was of gaat zijn, ik hoop dat we dat kunnen creëren.”


Hoe kijk je naar de toekomst?
Jesper: “Ik heb in 10 jaar tijd veel liefde voor de Bijlmer gekregen. Dat dreigt te worden vervangen voor een globale eenheidsworst die meer aan geld en status hecht. Die verandering gaat heel snel en dat gaat ten koste van mensen die niet zo’n sterke stem hebben. Die Ghanese familie op vijf hoog in de Kruitberg, of creatievelingen die verdwijnen naar Almere of Den Haag omdat ze als jong gezin niet in hun buurt kunnen blijven wonen. Dit zijn mensen die Zuidoost tot Zuidoost maken en die je in de buurt wilt houden. Daar doe ik het voor.”
Alvino: “Ik hoop dat het uiteindelijk een dynamische plek wordt met heel verschillende mensen. Met een grote gemeenschappelijke ruimte waar 80% van de bewoners naartoe komt en een leuke avond of middag heeft. In mijn fantasie zie ik dat wel voor me. Maar of dat lukt kan ik pas zeggen als het gerealiseerd is. Uiteindelijk heb ik goede hoop, ik geloof er wel in dat het gaat lopen zoals het bedacht is.” Jesper: “Als ik er uiteindelijk niet kan wonen zou ik alsnog trots zijn dat ik eraan heb bijgedragen.”
Dit interview is onderdeel van een drieluik over de beheercoöperatie. Lees ook de overige interviews en onze nieuwsbrief over dit onderwerp. Neem gerust contact op als je daar meer van wilt weten.