Een toekomst voor het platteland? Ken de lokale grond

  • Gebiedsontwikkeling
  • Klimaat en straat

Hoe ziet de toekomst van ons platteland eruit? Die vraag lijkt weer actueler dan ooit, ook in gemeente Voorst, het landelijk gebied tussen de steden Apeldoorn, Deventer en Zutphen. Terwijl de steden plannen maken voor allerlei uitbreidingen, heeft de gemeente Voorst zelf ook behoefte aan nieuwe ruimte voor wonen, energie, klimaatadaptatie en recreatie. Er wordt hiervoor al snel naar landbouwgronden gekeken, maar als we willen dat de landbouw extensiever gaat boeren is ook daar (meer) ruimte voor nodig. Hoe kom je vanuit de veelheid aan belangen tot een daadwerkelijk toekomstbestendig, leefbaar platteland? Open Kaart werkt samen met inwoners, boeren en andere betrokkenen aan antwoorden op deze vraag. Want het – letterlijk en figuurlijk – kennen van de lokale grond is essentieel om tot passende oplossingen te komen.

Het platteland onder druk

De landbouwsector staat aan de vooravond van grote veranderingen. Klimaatverandering maakt de manier waarop we met water omgaan onhoudbaar. Het verlies aan biodiversiteit vraagt om anders met bodem en landschap om te gaan. De afgelopen jaren werden deze opgaven steeds scherper verwoord; steeds duidelijker werd het beeld van hoe het niet meer moet.

Hoe dan wel?

De grote vraag die echter nog voor ons ligt is: hoe dan wel? Want naast de opgaven die in het buitengebied zelf spelen, wordt in de ogenschijnlijk lege ruimte ook gezocht naar plek voor woningen, distributiecentra, zonnevelden en meer.

Op veel plekken wordt nagedacht over wat nodig is voor de verschillende opgaven. Het rijk en de provincies zoeken naar een oplossing voor de stikstofcrisis. Minister de Jonge focust op het toevoegen van één miljoen woningen. Minister Jetten geeft aan meer ruimte te gaan reserveren voor duurzame energie. En intussen wijzen Rijkswaterstaat en waterschappen alvast gebieden aan om in de toekomst voldoende water te kunnen bergen bij hevige regenval of hoge waterpeilen in rivieren.

Maar wat al deze opgaven en maatregelen straks concreet betekenen voor het platteland is nog onduidelijk en onscherp. De ruimtelijke vertaling is nog lang niet altijd gemaakt. Bovenal is onduidelijk hoe de diverse opgaven samenkomen. De vraag ‘hoe dan wel?’ draait niet enkel om het oplossen van de afzonderlijke opgaven, maar juist om de vraag hoe al deze veranderingen gezamenlijk bijdragen aan een toekomstbestendig platteland met kwaliteit.

Wat voor platteland willen we de komende decennia? Welke kwaliteiten zien we daar graag? Hoe gaan verschillende functies samen? Hoe blijven dorpen leefbaar? Wie draagt er zorg voor het landschap? Deze vragen roepen om een perspectief dat verder kijkt dan de eerstvolgende crisis of losse opgaven.

De weg voorwaarts: gemeente Voorst

In gemeente Voorst, landelijk gebied tussen de steden Apeldoorn, Deventer en Zutphen, is de urgentie van deze vragen voelbaar. Uitbreidingen van de steden en kleine kernen, meer ruimte voor landbouw en opgaven rond energietransitie, klimaatadaptatie, recreatie en natuurbeheer vragen om ruimte en aandacht. Hoe maak je hierin goede afwegingen?

Voor de gemeente Voorst is de enige weg de weg voorwaarts, ondanks dat randvoorwaarden vanuit rijk en provincie nog niet geheel helder zijn. De gemeente maakt een eigen, lokaal programma voor haar landelijk gebied, in samenwerking met inwoners en andere relevante partijen. Open Kaart begeleidt deze samenwerking en het opstellen van dit programma.

De grond kennen 

Deze samenwerking met inwoners en andere betrokkenen bij het Voorster platteland is essentieel. Want alleen door de bodem – letterlijk – te leren kennen, is het mogelijk de juiste plekken te kiezen voor nieuwe teelten, voor het vasthouden en bergen van water, voor het bouwen van woningen en voor het versterken van de biodiversiteit. Alleen door de bodem – ook figuurlijk – te leren kennen, is het mogelijk het DNA van landschap en gemeenschap te doorgronden, te weten waar dorpen behoefte aan hebben, waar boerenerven vrij zullen komen omdat er geen opvolging is en waar inwoners zich graag voor samen voor inspannen, nu en in de toekomst.

Als eerste stap in dit proces sprak Open Kaart met 50 mensen in en rond de gemeente. Inwoners, boeren, landgoedeigenaren, ondernemers, buurgemeentes, waterschap, provincie, ambtenaren en lokale experts. Ook brachten we in kaart wat er allemaal is en speelt. We beginnen immers niet op nul; het ‘lege’ platteland kent een geschiedenis die minstens zo ver terug gaat als die van de historische steden rondom. De interviews en kaarten geven gezamenlijk een beeld van het speelveld; dit vormt het startpunt voor het maken van het programma.

Ontwerpkracht

Dit ‘kennen van de grond’ verbreedt de blik op de toekomst van het platteland. Het maakt tastbaar welke ruimtelijke én sociale kwaliteiten de moeite waard zijn. Het maakt inzichtelijk waar energie voor vernieuwing zit. Het maakt ook invoelbaar welke pijn en moeite gepaard gaat met verandering. De keuzes die we (moeten) maken hebben consequenties. Door ontwerpkracht in te zetten en ontwerpend verschillende toekomstscenario’s voor het buitengebied te verkennen, brengen we deze consequenties in beeld. Zo worden de consequenties bespreekbaar.

Meer dan een kloppende ruimtelijke inrichting

De aandacht voor lokale verhalen betekent niet dat doelen voor de toekomst minder ambitieus geformuleerd moeten worden. Het betekent wel dat je een serieuze poging doet geen mensen achter te laten in de verandering. Vanuit de wetenschap dat we iedereen – zeker ook boeren – nodig hebben om zorg te dragen voor ons landschap. Een leefbaar platteland is meer dan een kloppende ruimtelijke inrichting. Mensen moeten zich verbonden met en verantwoordelijk voor hun omgeving voelen om tot een daadwerkelijk leefbaar toekomstperspectief voor het platteland te komen. 

 

Houd je je bezig met het buitengebied en ben je ook op zoek naar het antwoord op de vraag ‘hoe dan wel’? Neem gerust contact op om eens te sparren over onze manier van werken in het landelijk gebied.