10 voorbeelden van rijker wonen door te delen

  • Samen thuis

Dat wat achter de voordeur zit is privé. Althans zo zijn we in Nederland gewend om te wonen. Maar er zijn ook plekken waar achter de voordeur van alles gedeeld wordt met medebewoners. Dit gebeurt op allerlei manieren en om allerlei redenen. Open Kaart bracht 10 Delftse voorbeelden in beeld om te leren van deze verscheidenheid. We zagen grote en kleine groepen; we hoorden pragmatische en idealistische overwegingen; we bezochten speciaal ontworpen gebouwen en juist slim aangepaste bestaande panden. Op alle plekken troffen we bewoners die hun woongenot en welzijn verrijken door te delen.

Op zoek naar woonkwaliteit

Delft telt meer dan 20 wooncollectieven, in diverse soorten en maten. Een deel van deze collectieven ontstond in de jaren ‘70. Deze jaren waren een belangrijke periode  voor sociaal experiment. Men was op zoek naar andere manieren van samenleven. De studentenstad Delft, met een opleiding voor architectuur, werd bewoond door mensen die kritisch nadachten over hoe ze wilden wonen in de toekomst. Ze experimenteerden met nieuwe manieren van wonen, anders dan de eengezinswoning die het ideaal tot dan toe verbeeldde.

Deze behoefte naar andere manieren van wonen is ook nu weer actueel. Er is een grote opgave voor goede huisvesting in Nederland. Collectief wonen is één van de mogelijkheden om de woonkwaliteit te vergroten. We zijn daarom nieuwsgierig hoe gemeenschappelijkheid het leven van bewoners verrijkt. Wat kunnen we leren van de bestaande voorbeelden voor nieuwe bouwprojecten?

Collectief wonen: Leren van Delftse voorbeelden

In samenwerking met Delft Design dook Open Kaart in 10 Delftse voorbeelden. In de selectie van de 10 voorbeelden hebben we uitersten opgezocht: van klein tot groot, van pragmatisch tot idealistisch, van behoorlijk privé tot bijna alles delen. 

CW Tanthof: geclusterd wonen voor verschillende doelgroepen

Een van de oudere én grotere wooncollectieven onder de voorbeelden is Centraal Wonen Tanthof, waar meer dan 100 mensen samenleven. De woonvorm is in de jaren ‘70 opgezet met het idee dat kinderen zich in een collectief beter konden ontplooien dan in het traditionele gezin. De plek, ontwikkeld met een woningcorporatie, is destijds speciaal ontwerpen als gedeelde woonvorm.

De organisatie rond verschillende schaalniveaus en groepsgroottes speelde daarin een leidende rol: de keuken deel je met een groep van acht, de tuin met een groep van dertig en algemene voorzieningen zoals een café met alle ruim 100 bewoners. De huurwoningen zien er op het eerste gezicht uit als gewone gezinswoningen of appartementen, maar zijn op een bijzondere manier met elkaar verbonden. Zorgvuldig gegroepeerde kamers vormen samen een woning; de woningen vormen samen vier ‘klusters’. Deze verschillende schaalniveaus maken het mogelijk op een prettige manier onderdeel te zijn van het grotere geheel. Er is ruimte om je terug te trekken als je even geen zin in contact hebt. Wanneer je mensen wilt zien, kun je juist beneden in de woonkamer gaan zitten.

In Centraal Wonen Tanthof delen bewoners een keuken met een groep van 8, een tuin met een groep van 30 en algemene voorzieningen zoals een café met alle ruim 100 bewoners. Foto: Rufus de Vries

Taste!: een christelijke gemeenschap die zich inzet voor de buurt

Een recenter voorbeeld van een door gedeelde waarden gedreven woonvorm is Taste! Midden tussen de galerijflats in de dichtbebouwde wijk Voorhof delen de bewoners een woongebouw met grote tuin, die de groep graag openstelt voor iedereen. Eén deel van het voormalige zorggebouw is verbouwd tot 5 kamers waar voornamelijk alleenstaanden wonen. Het andere deel bestaat uit 3 appartementen waar gezinnen met kinderen wonen. In het midden is een gemeenschappelijke ruimte.

De Taste-gemeenschap is breder dan het huis zelf en bestaat ook uit vrijwilligers en mensen uit de buurt. Zij helpen onder andere bij het organiseren van het buurtcafé, ontmoetingen in de kapel en het onderhouden van de buurttuin. In tegenstelling tot veel andere woongroepen is Taste! geen vereniging, maar bestaat ze uit twee stichtingen. Eén stichting beheert het pand, de andere stichting gaat over de organisatie van de buurtkerk en de activiteiten die daar bij horen.

De tuin van woongemeenschap Taste! is ook open voor de buurt. Foto: Rufus de Vries

Gekroonde P: een compacte vereniging van eigenaren

Waar de bewoners van Centraal Wonen Tanthof en Taste! expliciet bepaalde idealen en waarden delen, is de Gekroonde P een voorbeeld van een gedeelde woonvorm die vooral vanuit pragmatische motieven is ontstaan. In het hart van de Delftse binnenstad delen bewoners van 20 compacte koopappartementen een aantal voorzieningen. Tussen de appartementen ligt bijvoorbeeld een ruim terrasdek, een deel hiervan functioneert als gemeenschappelijke tuin. Ook is er een kleine gemeenschappelijke ruimte, waar o.a. vergaderd wordt. De bewoners zien de gedeelde voorzieningen als pragmatische oplossing om met meer woonkwaliteit in het centrum van Delft te kunnen wonen.

Tussen de appartementen van De Gekroonde P ligt een gezamenlijk dakterras. Foto: Rufus de Vries

CW Zuidpoort: samen wonen om een historisch pand te redden

Een ander voorbeeld van pragmatische motieven voor het ontstaan van een gemeenschappelijke woonvorm is de Coöperatieve Woonvereniging Zuidpoort. Dit voormalige laboratoriumgebouw aan de Delftse Schie was er in de jaren ’70 slecht aan toe en stond op de lijst op gesloopt te worden. Een groep bezorgde Delftenaren en net afgestudeerde studenten kraakte het pand en wist zo de sloop te voorkomen. Later richtten ze de Coöperatieve Woonvereniging op, met als doel het gebouw ook voor de komende generaties in stand te houden. Dat is gelukt: er wonen inmiddels meerdere generaties naast elkaar, van mensen van het eerste uur tot jonge stellen met pasgeboren baby’s.

Het gebouw bestaat uit 11 appartementen, die allemaal anders zijn en waarin vaak nog originele historische elementen te herkennen zijn. Het primaire doel van de vereniging is de zorg voor het gebouw, maar de eerste bewoners hebben daarnaast bewust gekozen voor het delen van een aantal voorzieningen, zoals de tuin en een tuinkamer. Een belangrijke uitdaging voor de vereniging nu is het verduurzamen van hun monumentale pand.

De leden van Coöperatieve Woonvereniging Zuidpoort onderhouden samen het historische universiteitsgebouw dat tot 11 appartementen verbouwd werd. Foto: Rufus de Vries

Naast Centraal Wonen Tanthof, Taste!, Gekroonde P en Coöperatieve Woonvereniging Zuidpoort brachten we ook Nevel Nemas (voor ouderen), TOV (voor jongeren met een beperking), De Oude Nieuwelaan (vereniging met vier woongroepen), het Bagijnhof (wonen gecombineerd met werken) en de Stadsboerderij (vier gezinnen rond een hofje) in beeld.

Waarom collectief wonen?

De 10 voorbeelden laten zien welke meerwaarde collectief wonen biedt. Veelgenoemd is de mogelijkheid tot laagdrempelig contact. “Iedereen heeft een luisterend oor en contact met anderen nodig; het is heel fijn dat je dat in je eigen gebouw kunt vinden”, vertelt een bewoner.

Naast de mogelijkheid tot contact, wordt ook het benutten van elkaars talenten als waarde van gemeenschappelijk wonen naar voren gebracht. “Wanneer je hulp nodig hebt, word je omringd met mensen van wie je weet wat hun kwaliteiten zijn”, vertelt een bewoner van ouderencollectief Nevel Nemas. Verschillende talenten maken bovendien dat er diverse activiteiten worden georganiseerd. Zo ook bij TOV, een woongroep voor jongeren met een beperking. Eén van de ouders vertelt: “De één kan heel goed pannenkoeken bakken; de ander kan weer wat anders. Ik vind het leuk om één keer in de maand te koken voor de groep.”

Ook inspiratie wordt als meerwaarde genoemd. Zo zegt een bewoner van De Oude Nieuwelaan: “Er is veel inspiratie en creativiteit onder bewoners. Wanneer iemand een idee heeft, wordt er wat georganiseerd. Zo ontstaan er tuinfeesten, huiskamerconcerten, spelletjesavonden en was er zelfs een tijdelijk museum.”

Naast inspiratie, noemen bewoners betekenis: “Ik heb medebewoners goed leren kennen, van hen geleerd en zelf ook op allerlei manieren aan hen terug kunnen geven. Het is een betekenisvolle manier van wonen.” Collectief wonen stelt bewoners in staat van betekenis te zijn voor een ander. “Met een goede thuisbasis blijf je vitaal. En deze vitaliteit maakt dat je óók weer iets voor een ander kunt betekenen. Of het nu als vrijwilliger in kerk of als klimaatactivist is; het kan met een goede basis thuis.”

Sociale structuren

Collectief wonen schept ruimte voor contact, inspiratie, betekenis en praktische hulp. Hoe deze meerwaarde ontstaat of vormgegeven wordt, verschilt per voorbeeld. Elke groep kent zijn eigen gebruiken, omgangsvormen, activiteiten, organisatie en besluitvorming.

Opvallend is dat de meeste collectieven besluiten nemen op basis van consensus en niet bijvoorbeeld met een meerderheid van stemmen. “Dit doen we omdat we ook ná de besluitvorming weer met elkaar door één deur moeten”, zo vertelt een bewoner van de Coöperatieve Woonvereniging Zuidpoort. “Besluitvorming op basis van een meerderheid van stemmen kan verdeeldheid zaaien die ten koste van het collectief gaat.”

In grotere collectieven is er vaak een hiërarchische structuur van besluitvorming: zaken die de hele groep aangaan worden met de hele groep besloten, daarbinnen besluiten deelgroepen over allerlei dagelijkse zaken. Dit is bijvoorbeeld het geval bij Centraal Wonen Tanthof, maar ook bij Taste! en De Oude Nieuwelaan. Kenmerkend voor collectieven waar keukens gedeeld worden, is dat het laagste niveau van besluitvorming samenvalt met de personen met wie je een keuken deelt.

De keuken speelt vaak ook een centrale rol in ontmoetingen. Een deel van de collectieven draait niet om georganiseerde activiteiten, maar om spontane ontmoetingen. De keuken is dan de plek waar men elkaar tegenkomt. In andere collectieven staan activiteiten juist centraal. Een voorbeeld hiervan zijn de halfjaarlijkse tuindagen van  de Coöperatieve Woonvereniging Zuidpoort: “Dit zijn de momenten dat we voelen dat we bij elkaar horen; dit zijn de belangrijke momenten binnen de groep.”

Samenhang met ruimtelijke structuren

De sociale structuur hangt samen met de ruimtelijke structuur van collectieven. Soms vormt het gebouw de groep, soms had de groep de kans het gebouw te vormen. In alle collectieven speelt een gedeelde (binnen)tuin een belangrijke rol. De gedeelde buitenruimte functioneert als lijm van het collectief, als ruimte voor gezamenlijke activiteiten en laagdrempelige ontmoetingen.

Voor de laagdrempelige, terloopse ontmoetingen blijkt ook de routing van belang. Hoe je vanaf de straat bij je woning komt -wel of niet via gedeelde buiten- of binnenruimte- beïnvloedt de mate van contact. De voorbeelden laten bovendien zien dat het belangrijk is dat de verkeersruimtes ook verblijfskwaliteit hebben. Verblijfskwaliteit nodigt uit even te blijven hangen of je deur open te zetten. Ook dit draagt bij aan informele ontmoetingen en een gevoel van gezamenlijkheid.  

In grotere collectieven blijkt daarnaast clustering een belangrijk ingrediënt. Ruimtelijke clustering faciliteert effectieve organisatie- en besluitvormingsstructuren, die ook baat hebben bij verschillende schaalniveaus. Clustering rond schaalniveaus faciliteert een prettige overgang van privé naar gedeeld en biedt bewoners keuzemogelijkheden in de mate van privacy en samenzijn.  

Ontwerpen voor nieuwe collectieven

De 10 voorbeelden tonen de waarde van collectief wonen voor bewoners en voor de stad. Meer mogelijkheden, bekenden om je heen, iets voor elkaar kunnen betekenen: het delen van ruimte en voorzieningen verrijkt de woonkwaliteit. Deze kwaliteiten kunnen óók van betekenis zijn in de huidige woningbouwopgave. 

Maar nieuwe collectieven en collectieve woonkwaliteit ontstaan niet vanzelf. Enkel de aanwezigheid van een gedeelde ruimte is geen garantie op een succesvol collectief. De Delftse voorbeelden vertellen hoe belangrijk het proces van visievorming en afstemming was en is voor het ontstaan en goed functioneren van het collectief. Ontwerpen voor gemeenschappelijkheid vraagt maatwerk: Wat past er bij de groep? Wat zou je willen delen? Op welke manier wil je samen zorgdragen voor de plek? In het ontwerp en de ontwikkeling van nieuwe woongebouwen is dit proces van groepsvorming en het vormen van eigenaarschap minstens zo belangrijk als het bouwen van de woningen zelf. Een gedeelde woonvorm vraagt om een gedeeld ontwerpproces.

Het onderzoek naar de 10 Delftse wooncollectieven is gedaan in het kader van de tentoonstelling Collectief Wonen. Delft Design en Open Kaart hebben samen met partners een tentoonstelling ontwikkeld van inspirerende voorbeelden van collectief wonen in Delft. Doel was om bezoekers kennis te laten maken met de kwaliteit van collectief wonen én te zoeken naar kansen voor collectief wonen in de Delftse bouwopgave van vandaag. De tentoonstelling was van mei tot juli 2022 te zien in het Prinsenkwartier in Delft. Van november 2022 tot en met februari 2023 staat de tentoonstelling in OPEN en vanaf maart t/m mei 2023 in het stadskantoor van Delft. Voor meer informatie, zie: collectiefwonendelft.nl.